God geniet van geloof
God geniet van geloof. Daarom worden we aangemoedigd ons geloof te activeren, wanneer we aangevallen worden door bijvoorbeeld ziekte.
Stuur een email naar info@doorbrekers.nl
“Wanneer je de hongerige schenkt wat je zelf nodig hebt en de verdrukte gul onthaalt, dan zal je licht in het donker schijnen, je duisternis wordt als het licht van het middaguur.”
Jesaja 58:10 (NBV)
In de geschiedenis van Jozua lezen we hoe God hem bevestigt in zijn rol als nieuwe leider van het volk Israël. Hij verzekert Jozua dat Hij in iedere situatie met hem zal zijn en roept Jozua op zijn hart te bewaken en Gods Woord dag en nacht te overdenken. Wanneer je dat doet, zakt het Woord van het hoofd (kennis) naar het hart (openbaring en wijsheid).
Hoe dit proces precies werkt, legt Jezus later uit aan de hand van de gelijkenis van het zaad in Markus 4:3-20. In deze gelijkenis is het zaad het Woord van God. Wanneer het Woord als zaad landt in de grond, in het hart, en daar de gelegenheid krijgt om te wortelen, brengt het gezondheid op alle terreinen van je leven.
Behalve Gods Woord zal ook ander zaad gezaaid worden: zorgen, hebzucht en andere invloeden. En zoals elk zaad zal ook dát zaad gaan ontkiemen. Houd daarom je hart zacht en check welk zaad gezaaid is. Verwijder het onkruid en mediteer op het Woord van God. Mediteren is stilstaan en tijd nemen om de betekenis ervan te laten doordringen, zodat het gelegenheid krijgt om te wortelen én te ontkiemen. Daarmee ga je de geestelijke dimensie in en zie je dingen vanuit Gods perspectief.
Soms kan het moeilijk zijn om stil te staan en God te horen. Bijvoorbeeld als je in een situatie zit die zo overweldigend is, dat je niet weet wat je moet doen, laat staan hoe. Dan is het als wandelen in de mist: zet dan één stap en met elke stap zie je weer een klein stukje meer van de weg voor je. Juist als je zelf in nood bent en ervoor kiest om op dat moment een ander te helpen, zul je merken dat dat je in een staat brengt van doorbreken.
Toen David na een oorlogssituatie terugkwam in Ziklag, trof hij daar een ‘hel’ aan: alles was in de as gelegd en alle vrouwen en kinderen waren weggevoerd. Alsof dat niet erg genoeg was, keerden alle mannen zich tegen David, die hem uit verbittering zelfs wilden doden. David voelde zich overweldigd, máár… hij sterkte zich in de Here zijn God (1 Samuël 30:6). Na deze momenten met God wist hij wat hij moest doen. Hij zette met 600 mannen de achtervolging in op de bende die de verwoesting had aangebracht.
Onderweg kwamen ze een Egyptenaar tegen die in nood was. Dat kwam natuurlijk niet goed uit. David en zijn mannen hadden immers maar één ding voor ogen: de bende veroveren en hun vrouwen en kinderen terughalen! Toch koos David ervoor om te stoppen en deze man te helpen. Op dat moment wist hij nog niet dat deze man hen bij hun vrouwen en kinderen kon brengen en zo de sleutel werd tot hun doorbraak (1 Samuël 30:1-20).
Onderschat daarom nooit wat er verborgen ligt in het helpen van een ander, ook als het ongelegen komt. Want het helpen van de ander in wat je zelf nodig hebt, brengt jou in een staat van doorbreken.